OGIER VAN DENEMERKEN – INLEIDING

 

 

Ogier van Denemerken – Inleiding

 

 

Een nagenoeg onbekende Karelroman

De Karelroman „Ogier van Denemerken“ (OvD) is een van de grote onbekenden in de Middelnederlandse literatuur. Dat ligt niet aan de literaire kwaliteit maar aan de overlevering ervan. Enerzijds bezitten we zeven fragmenten van het begin van de veertiende eeuw, die samen ongeveer 786 verzen overleveren,[1] een fractie van wat er ooit geweest moet zijn. Anderzijds berust er in de Heidelbergse universiteitsbibliotheek een compleet vijftiende-eeuws handschrift met bijna 24.000 verzen, dat echter lange tijd op publicatie heeft moeten wachten.[2] De eerste uitgave in boekvorm werd verzorgd door de Duitse germanist Hilkert Weddige (HiWe) en verscheen in 2002 als deel 83 van de reeks „Deutsche Texte des Mittelalters“ in de Berlijnse Akademie Verlag (Weddige 2002). Maar ook daarna is de belangstelling voor „Ogier van Denemerken“ niet sterk toegenomen. Waarschijnlijk heeft dit te maken met het feit dat het Heidelbergse „Ogier von Dänemark“-manuscript (H) in een opmerkelijk soort Middelhoogduits geschreven is, waar medioneerlandici en zelfs germanisten behoorlijke moeilijkheden mee hebben. Het is dus de hoogste tijd om dit niet onbelangrijke werk in een zodanige vorm te presenteren, dat het de aandacht kan krijgen die het verdient.

 

N.B.: In de voetnoten wordt regelmatig verwezen naar een reeks kleine artikelen die indertijd in Neder-L zijn verschenen. De links naar deze artikelen zijn hier te vinden onder de titel Al lezende in Ogier van Denemerken .

 

 

 


 

[1] Handschriften Brussel, Koninklijke Bibliotheek, IV 209-212 (2 stroken perkament, siglen  A en B), Brussel, Koninklijke Bibliotheek, 19.581 (2 stroken perkament, siglen C en D), Krakau, Bibliotheka Jagiellonska, olim Berlijn, Preußische Staatsbibliothek, Ms. Germ. 4° 1895 (strook perkament, bovenste helft van een blad, sigle E), Leuven, Universiteitsbibliotheek, zonder signatuur (strook perkament, onderste helft van een dubbel blad, waartoe ook E behoorde, siglen F en G). Hier is het fragment uit Alba Julia in Roemenië met 199 verzen niet meegerekend omdat het niet gecontroleerd kan worden. Voor een beschrijving van de fragmenten: zie Weddige 2002, XXIX-XXXII.

[2] Handschrift Heidelberg, Universitätsbibliothek Cgp 363. Editie: Weddige 2002.

 

—> De literairhistorische achtergrond